Kleine eigen import
Ridaroca, het familiebedrijf van Andrea en zijn familie, klinkt inmiddels als een oude bekende. Hun Langhe Favorita zat al eerder in deze Uitslovert. Deze maand zit hun witte topwijn in deze selectie, Arneis Riserva “Cerea”. Ook deze wijn is een stukje eigen import, achterin de auto mee teruggegaan en nu bij jou op tafel.
Afgelopen juni proefden we een hele reeks wijnen in de koelte van hun cantina, terwijl buiten het stof van de heuvels zacht opsteeg in de hitte. Naast de klassieke rode wijnen van Nebbiolo en Barbera schonk Andrea ook deze wijn voor ons in. “Onze trots,” zei hij. En terecht.
De witte ziel van de Roero
Arneis is de witte trots van Piemonte, eigenzinnig, delicaat en koppig tegelijk. Ooit bijna verdwenen, maar dankzij een handvol toegewijde producenten zoals Ridaroca is hij in Piemonte weer terug van weggeweest. Waar Nebbiolo in de Langhe de boventoon voert, krijgt Arneis in de Roero juist de ruimte om te schitteren. De lichte zandbodems geven de wijnen hier hun kenmerkende geurigheid en verfijnde mineraliteit.
De “Cerea” komt van een enkel perceel met oude stokken, op de zuidhelling bij Monteu Roero. Handgeplukt, spontaan vergist, en daarna een jaar gerijpt op de fijne lies in vaten van acaciahout.
Acacia en eiken, verschil
Acaciahout, in de wijnbouw meestal robinia, beïnvloedt wijn anders dan eiken.
Smaakprofiel: acacia geeft subtiele tonen van bloesem, honing en geel fruit, met weinig tot geen vanille. Eiken levert sneller vanille, toast en kruidige lactonen, bij Amerikaans eiken soms zelfs kokos.
Structuur en tannine: acacia bevat aanzienlijk minder houttannine dan eiken, waardoor de textuur ronder is, zonder merkbare houtbittertjes.
Aromabehoud: acacia is geliefd bij aromatische witte wijnen zoals Arneis, omdat het geur en frisheid beter spaart, terwijl het wel voor milde zuurstofuitwisseling en extra mondgevoel zorgt. Eiken bouwt meer structuur en kruidigheid op, maar kan aromatiek sneller overstemmen als je het royaal inzet.
Filosofie met wortels
Ridaroca werkt sinds 2015 officieel biologisch, maar eigenlijk deden ze het al veel langer zo. Insecten, bloemen en kruiden vullen de wijngaarden, alles leeft, alles ademt. Zoals grootvader Giuseppe ooit zei:
Per fé l’vin bun vanta avaji l’uve bune
(Om goede wijn te maken heb je goede druiven nodig.)
Het lijkt eenvoudig, maar het is precies wat deze wijn zo bijzonder maakt.
Wanneer is ’ie het lekkerst
Dit is een wijn met zó veel te vertellen dat ik er zo drie alinea’s over kan volschrijven. Doen we niet, ga vooral zelf proeven. Dit is geen doorsnee Arneis, maar een wijn met diepte, spanning en elegantie. Romig mondgevoel, abrikozenjam en ingelegde zoute citroenen zorgen voor contrast. Serieus gewichtige wijn, met sinaasappelschil en verfijnde kruidigheid, en in de geur waan je je in een patisserie in Parijs, waar de verse croissants net uit de oven komen. En toch is de wijn niet zwaar. De zuren zijn mooi, er is een lichte hartigheid, alles is volledig in balans. Hij kan nog zeker vijf tot acht jaar mee, maar is nu al prachtig.
Drink hem zeker niet te koud, op zo’n twaalf tot dertien graden, liefst in ruime Bourgogneglazen. Perfect bij risotto met venkel en citroen, gegrilde langoustines of een romige burrata met geroosterde hazelnoten. Of denk aan een platvis met wintertruffel en een crème van pastinaak. Klassiek regionaal gerecht vitello tonnato doet het ook uitstekend. Dus niet alleen goed bij vis of vega, wit vlees kan ook zeker, maar houd je garnituren dan licht romig en rijper en aards.