Klassieke allocatie
Even een uitstapje naar het zuiden van de Côte de Beaune, waar de dorpjes kleiner zijn, de sfeer iets gemoedelijker en de prijzen – met een beetje geluk – nog nét iets vriendelijker. Maar vergis je niet: hier komt nog steeds serieuze Bourgogne vandaan. De 1er Cru Clos Rousseau uit Santenay is daar het perfecte voorbeeld van. En in een jaar als 2021? Extra bijzonder. Ik kon gelukkig twee doosjes krijgen van deze parel.

Benoît Girardin – jonge generatie met oude roots
De naam Girardin klinkt Bourgogneliefhebbers vast bekend in de oren. De familie is al generatieslang actief in de regio, en Benoît Girardin behoort tot de jongere generatie wijnmakers die met precisie, respect voor het terroir en een verfrissend oog voor detail moderne klassiekers neerzet. Geen spierballenwijn, maar finesse, balans en puur Pinot-plezier.

Oogstjaar 2021 – klassiek, fris en schaars
2021 was een uitdagend jaar in Bourgogne – zeg maar gerust: extreem lastig. Een late vorst in april legde de basis voor dramatisch lage opbrengsten. Daarna volgden een koude lente, veel regen en meeldauwdruk in de zomer. Toch zijn er lichtpuntjes: wie durfde te wachten en goed werk leverde in de wijngaard, werd beloond met een klassiek Bourgondisch profiel. Minder kracht, méér verfijning, zuiverheid, lichte extractie en briljante zuren. Een stijl waar menig purist z’n hart sneller van laat kloppen.

Clos Rousseau – 1er Cru met diepgang
Deze wijngaard ligt op de zuidelijke flanken van Santenay en geniet van veel zon, een rijke ondergrond van kalk en klei, en een gunstige ligging op hoogte. Het levert Pinot Noir op die tegelijk rijp en verfijnd is: helder robijnrood in kleur, met aroma’s van rijpe kersen, framboos, een snuf peper en een elegante toets van kruidigheid en nat bosgrond.

Wat eten we erbij?
Dit is zo’n wijn die vraagt om een rustige avond en een doordacht bord eten. Denk aan een geroosterde kip met tijm en citroen, of een romige paddenstoelenrisotto met Parmezaan. Een klassieke coq au vin voelt als een logische match, maar ook een goed stuk comté met een knapperig stuk brood en een goed gesprek doet het geweldig.

Ik vind dit een wijn die nog jong is. Maar ik houd ervan als Bourgogne wat meer de tertiaire kant op gaat. Concreet betekent dat: aroma’s van paddenstoelen, gedroogde bladeren, natte bosgrond, vochtige kelder, misschien zelfs een vleugje truffel – van die heerlijk complexe zaken die met wat geduld ontstaan. Karafferen is nu al aan te raden – minstens een half uur van tevoren – en drink ‘m rond de 16 graden. En ja, zet er dan ook iets moois naast op tafel.