Over de wijn
De wijngaarden van Azul y Garanza bevinden zich in het natuurreservaat Bardenas Reales. Oprichters Dani Sánchez, María Barrena en Fernando Barrena werken met “landschappen” waarbij elk van hun percelen net zoveel biologische diversiteit geniet als het barre en droge klimaat in Navarra toelaat. De omringende planten, struiken, bomen, dieren en insecten spelen een even grote rol in dit succesverhaal als de wijnstokken zelf. Dani, María en Fernando delen een passie voor biologische landbouw en hebben geïnvesteerd in het 100% biologisch bewerken van hun wijngaarden, zonder het gebruik van pesticiden, insecticiden of chemische meststoffen, die het leven in de bodem vernietigen. Het wijnmaken vindt zo natuurlijk mogelijk plaats, waarbij vrijwel exclusief gebruik wordt gemaakt van betonnen vaten, amfora’s van klei en natuurlijke gisten. Ook sulfiet gebruiken ze, mits de wijn of het oogstjaar het toelaat, maar zeer beperkt. Al deze factoren zorgen ervoor dat de wijnen terroir gedreven zijn, zonder ‘opsmuk’ van een houten vat. Het fruit speelt altijd de hoofdrol. Azul y Garanza, gebouwd tussen 1940 en 1960, waarvan een gedeelte ondergronds, bestaat uit kleine betonnen tanks met een inhoud tussen de 4.000 en 20.000 liter, goed voor een totale capaciteit van 200.000 liter. Hierdoor kunnen de druiven van verschillende bodems goed gescheiden gevinifieerd worden. Niet alleen heel praktisch, maar zeker ook een belangrijke sleutel naar het succes van stabiele kwaliteit.
Over het al dan niet gebruiken van sulfiet wil ik wel iets zeggen. Sulfiet stabiliseert en is een conserveermiddel. Het is al aanwezig op de druivenschil in natuurlijke vorm, maar dat is niet veel. De meeste wijnboeren voelen zich genoodzaakt het extra toe te voegen. Hoe minder selectief en schoon er gewerkt wordt, des te meer er nodig is om de boel recht te trekken. Is het dan altijd zo’n slecht idee? Ik vind van niet, want er zit nogal eens een kwaliteitsverschil in oogstjaren. Het ene jaar heeft meer problemen dan het andere. Voor die problematische jaren is het noodzakelijk, dat je de boel kunt stabiliseren, zodat er geen grote smaakverschillen tussen flessen van dezelfde wijn ontstaan. Ook gaat dit oxidatie tegen. Transparantie is key! Als er geroepen wordt, dat er nooit iets wordt toegevoegd, word ik persoonlijk al achterdochtig.
Wanneer is ‘ie het lekkerst?
Ze noemen het natuurwijn, of Vin Nature in Frankrijk. Dit wil zeggen, dat de mens zo min mogelijk heeft ingegrepen. Echter, loopt de wijn niet vanzelf in een amfora. Wijn van 100% Garnacha van 40 jaar oude stokken op een klei-kalkhoudende bodem. Navarra heeft een warm klimaat. De wijngaarden staan op 550 meter aangeplant, wat betekent dat het ‘s nachts nachten goed afkoelt. De wijn is spontaan vergist, met de natuurlijk aanwezige gisten en rijpt 6 maanden in amfora.
Dit is voor mij een wijn, waarvan ik zeg: daar proef je het ‘natuurlabel’ niet vanaf. Juist superzuiver en schoon. Barstensvol frambozen en aardbeien, maar ook lekker stenig en aards. Serieuze structuur, maar niet te drogend. Ik zou dit willen categoriseren als vol en sappig. Warme kruiden zoals rozemarijn en kruidnagel, ondersteunt door bessige zuren. En doe rode wijn niet bij kaas is mijn advies, maar hier maak ik een uitzondering. Heb je een gerijpte harde Goudse, dan kun je dit met een gerust hard drinken. Doe eens gek en kook eens vega. Ovenplaat vol met rode ui, pastinaak, zoete aardappel, rijpe tomaten en roosteren met knoflook in de schil en goede olijfolie. Wel afkruiden met cayennepeper en gerookt paprikapoeder. Groot stuk geroosterd brood erbij, beetje boter en klaar. En ga je wel aan ‘t vlees, probeer eens een stukje varkens (karbonade) of wild zwijn, aangebraden met knoflook en rozemarijn. Ruim bordeauxglas en niet te warm schenken. Zo rond de 15-16 graden is het echt een Juicy Lucy!