Over de wijn
Le Marche, gelegen aan de oostkust van Italië langs de Adriatische Zee, is een regio die vaak onder de radar blijft in vergelijking met Toscane of Piemonte. Toch is het een van de meest veelzijdige wijngebieden van het land. Hier draait het vooral om witte wijn, met Verdicchio als absolute ster. De kalkrijke bodems en zeebriesjes geven deze wijnen een frisse zuurgraad en een fijne minerale zoutigheid. Verdicchio dei Castelli di Jesi is vooral bekend, en daar worden wijnen gemaakt die variëren van superfruitig en commercieel tot bijzonder complex.
Toch wordt er, naast al dat wit, ook rood gemaakt in Le Marche. Montepulciano en Sangiovese zijn de dominante druiven voor rood, vaak in blends zoals Rosso Piceno. Maar de meest karakteristieke rode wijn van de regio is zonder twijfel Lacrima di Morro d’Alba. Dit is een intens aromatische, bijna bloemige rode wijn met geuren van rozen, viooltjes en donker fruit. De naam Lacrima (traan) verwijst naar de dunne schil van de druif, die kleine druppeltjes sap laat ontsnappen wanneer hij rijpt.
Pure Sangiovese
Deze maand geen tranen in de fles, maar een rechttoe rechtaan Sangiovese. Die zit regelmatig in blends in bekendere wijngebieden zoals Chianti of Bolgheri, maar hier krijgt ‘ie alle ruimte om zelf te excelleren!
Cantine Volpi is een gerenommeerde wijnproducent gevestigd in Viguzzolo, nabij de stad Tortona in de regio Piemonte, Italië. Sinds de oprichting in 1914 heeft het familiebedrijf zich toegelegd op het produceren van kwaliteitswijnen met respect voor traditie en milieu. Onder leiding van wijnmaker Giuliano Noè streeft Cantine Volpi naar voortdurende verbetering en innovatie, met een sterke focus op biologische wijnbouw.
De druiven voor de Boira Sangiovese worden geteeld in de heuvelachtige wijngaarden van de provincie Ascoli Piceno, gelegen in de regio Le Marche, aan de Adriatische kust. Kortom, de ambitie van deze winery stopt niet aan de grenzen van Piemonte.
Lekker dat hout
Na een zorgvuldige selectie worden de biologisch geteelde Sangiovese-druiven traditioneel gevinifieerd om de typische kenmerken van de variëteit te behouden. Het fermentatieproces vindt plaats onder gecontroleerde temperatuur, gevolgd door een rijping op gebruikte Slavonische vaten en een klein deel nieuw Frans eikenhout. Dit geeft de wijn zijn rijpe, afgeronde tannine en evenwichtige structuur. En vooral een tik extra op de aroma’s. Die komen nu stereo door!
Wanneer is ‘ie het lekkerst?
Volle bak fruit: rijpe zoete kersen, rozenblad, mokka en vanille, met wat leer, zwarte peper en zelfs een hint kruidkoek. Je zou bijna zeggen glühwein, maar dan zonder suiker. En wél lekker!
De structuur is stevig en vol, maar de tannine is goed geïntegreerd, waardoor je deze wijn uitstekend kunt drinken bij een stuk vlees van de BBQ. Denk aan gemarineerde lamskoteletten met knoflook, maar ook een pizza quattro formaggi werkt verrassend goed.
Niet te warm schenken
Bij vollere rode wijnen heb je misschien de neiging om ze iets warmer te serveren, maar vaak merk je dan dat de alcohol—die bij dit soort wijnen wat hoger ligt—sneller wordt opgenomen. 15-16 graden is dus ideaal. Omdat de wijn al zo lekker rijp is, zorg je met een lichte terugkoeling voor een iets frissere smaak.
Neemt niet weg dat dit een heerlijke, volle beuker van een Italiaan is, die ook bij een mooi stuk ribeye van de houtskoolgrill z’n mannetje staat.