Domaine Bassac Le Manpot Blanc
Over de wijn

De meesten zullen denken: “Hé, maar die heb ik bij de eendenborst al opgedronken!” En dat is geen vreemde gedachte. De fles is identiek, de kleur niet. Soms ontkom je niet aan wat doublures per producent, want de wijnen zijn dan gewoon te goed om jullie te onthouden. En in deze gure maanden past toch ook een wijn die lekker veel romigheid heeft, ook al heeft dat niet direct mijn persoonlijke voorkeur. Daarover vertel ik later meer.

Voor bestaande abonnees volgt nu een stukje herhaling, excuus daarvoor, maar scroll vooral doore! Deze wijn is gemaakt door iemand die ik al jaren ken. François Delhon is een zachtaardige, grote Fransman met een goed gevoel voor humor en flair. Getrouwd met een pittige Amerikaanse doet hij het al jaren uitstekend in het dorpje Puissalicon, in het Franse zuiden, waar de zon veelvuldig schijnt. Hij maakt er zuivere wijnen voor een alleraardigste prijs. Sympathiek, zouden we dat kunnen noemen.

Zijn visie: “Een goede wijn begint met een gezonde bodem en druif – de rest is finesse en geduld.” François is niet zomaar een wijnmaker. Hij blijft trouw aan de tradities van biologische wijnbouw en zoekt altijd naar manieren om de ziel van het terroir in zijn wijnen te vangen. Maar hij strijkt de van nature nogal traditionele Fransen ook lekker tegen de haren in. Zo verbouwt hij al jaren tempranillo (!) en stopt hij gerust Bordeaux-druiven zoals merlot, cabernet sauvignon en cabernet franc in de blend met grenache en syrah, die toch uit de Rhône komen. Foei!

Het etiket is minimalistisch, maar doet het leuk. De opvallende snor is een knipoog naar zowel de speelsheid van de wijnmaker, als naar de karaktervolle stijl van de wijn zelf. Het symboliseert persoonlijkheid, traditie en een beetje rebelsheid – precies wat deze wijn belichaamt. Bovendien verwijst de snor subtiel naar de “oude generaties” van Franse wijnmakers: mannen met glimmende snorren die fier waren op hun ambacht. Tegelijkertijd is het etiket modern en licht ironisch: het laat zien dat goede wijn niet altijd serieus hoeft te zijn, maar vooral iets is om samen van te genieten. En nu wil het toeval dat zowel de opa van François als François zelf niet vies zijn van wat gezichtsbeharing.

Wanneer is ’ie het lekkerst?

Zoals net al gemeld, voor dikke, boterige chardonnays hoef je mij meestal niet te bellen. Balans, frisheid en vooral elegantie genieten meer mijn voorkeur. Maar soms heb je gewoon zin in nét dat beetje extra slagroom op je plak cake. In het zuiden van Frankrijk hebben ze goed gekeken naar hun collega’s in de nieuwe wereld. Daar snijden ze nogal wat kosten weg in het produceren van houtgelagerde wijn (van een bepaald prijsniveau uiteraard) door geen echte eikenhouten vaten te gebruiken, maar theezakjes met hout, getoaste staven of zelfs houtpoeder. Pardon? Jawel. En maak jezelf geen illusie, want dat proeft lang niet iedereen, dus dan heb je iets wat (commercieel) goed werkt, voor een fractie van de kosten. Ik wil jullie nu een biologische variant laten proeven die wel een tikje ordinair is, maar waar je heel goed proeft dat alles spatzuiver en eerlijk gemaakt is. Dus echt hout, zes maanden op zijn gistcellen (lie) in Franse houten vaten, waarvan een klein deel nieuw hout.

Als een wijn op hout wordt opgevoed, ontstaat er iets wat we “malo” noemen. Dat is een (malolactische) vergisting, waarbij de harde zuren worden omgezet in melkzuren. Het romige, boter- en yoghurtgeurtje dat soms aan een wijn zit, komt daar vaak vandaan.

Ik noem de Amerikaanse versies van houtgelagerde chardonnay’s regelmatig “een tikje hoerig”, maar dat is hier toch net niet het geval. Hoogstens wat ontdeugend. Wel degelijk een wijn met veel power. Dit ga je niet wegtikken bij de borrel; dat is ook echt zonde. Drink dit bij rijke gerechten, met room of boter. Maar vooral bij iets met een bovengemiddelde smaakintensiteit, anders walst deze wijn eroverheen. Je kunt deze (nog jonge) chardonnay prima drie à vier jaar laten rijpen, maar hij is nu al heel erg goed. Ik drink hem graag nu, omdat de zuren nog lekker meedoen. Als ’ie wat rijpt, wordt alles nog ronder en romiger.

Dus pak je Bourgogneglazen maar uit de kast; een karaf is ook een goed idee. Beetje lucht geven en snuffelen. Wat banaan, rijpe perzik en lemoncurd, maar vooral de vergistingsaroma’s krijgen hier de spotlight. Boeren grasboter, gebrande hazelnoot, toffee (fudge), dare I say “Werther’s Original”! Maar dus wel hele fijne zuren en die geven energie. Dus neem vooral nog een glas. Vol en rijk, maar niet vermoeiend.

Lekker bij in roomboter gebakken slibtong, maar ook bij gegratineerde oesters (Rockefeller). Aangezien januari een balansmaand is, zou ik hem eens proberen bij licht spicy oosterse gerechten. Rooster plakken bloemkool in de oven met komijnzaad, kurkuma en een mespunt cayenne. Maak een saus van kokosmelk, limoen, vissaus en koriander erbij. Heerlijk!

top

< 18 jaar, deze website is niet voor jouw bestemd
< 18 jaar verkopen wij geen alcohol

Ben je 18 jaar of ouder?

< 18 jaar, deze website is niet voor jouw bestemd
< 18 jaar verkopen wij geen alcohol