Troebel of trouble?
Natuurwijn, of vin naturelle, is geen sinecure. Je neemt nogal een risico. Je hebt weinig zelf in de hand en legt het lot van je druiven, en daarmee ook je rendement, in handen van Moeder Natuur. Prijzenswaardig, en de filosofie erachter is prachtig: laten groeien en bloeien zonder de bodem te bewerken met onnatuurlijke goedjes. Toch is het, in sommige omstandigheden, neem Nederland, zo uitdagend dat je wel eens wat hulp nodig hebt. Anders kan het zomaar gebeuren dat je hele oogst voor je ogen wegrot tijdens een nat groeiseizoen.
Natuurlijk gemaakte wijn heeft, vaker terecht dan onterecht, een wat dubieus imago. Dat komt wat mij betreft doordat er veel wijnmakers zijn die zich bij de hype hebben aangesloten en nu denken dat, als ze maar wijn maken die extreem troebel is, die dan ook automatisch veel lekkerder is. En dat je er drie keer zo veel geld voor kunt vragen.
Dat de wijn in minimaal de helft van de gevallen vooral ruikt naar de onderbroek van de wijnmaker en smaakt naar rijpe appelcider met opvliegende zuren, moeten we als consument dan maar voor lief nemen. Gelukkig zijn er ook wijnboeren die wars zijn van hypes en al voordat deze trend op gang kwam, mooie, natuurlijke maar spatzuivere wijnen maakten. Dat is bij deze Antidote het geval. Dit is niet ‘funky’ en wild, maar juist zuiver, speels en heerlijk doordrinkbaar. En niet eens meer piepjong! Wie zegt dat je natuurwijnen niet kunt bewaren?
5 stenen
Aan het roer bij Domaine Cinq Peyres staat Charles Bonnafont. Samen met zijn familie werkt hij kleinschalig en met veel liefde voor de natuur op het kalkrijke Cordais-plateau, net boven Albi. Hier draait alles om aandacht: voor bodem, biodiversiteit en streek.
De naam van dit charmante domaine, ‘Cinq Peyres’ (‘vijf stenen’), is dit keer geen marketingverhaal. Hij verwijst naar de vijf verschillende kalk- en kleigronden in hun wijngaarden. Die diversiteit geeft de wijnen hier net die extra spanning, frisheid en diepgang.
Lokale helden
Antidote is een blend van lokale helden: Mauzac, Loin de l’Œil en een beetje Muscadelle. Allemaal biologisch geteeld, met de hand geoogst, spontaan vergist en heel licht gefilterd. Mauzac is een druif die vaak wordt gebruikt voor frisse witte of mousserende wijnen, zoals Blanquette de Limoux. Deze druif zorgt hier vooral voor de zuurgraad, die bij de Loin de l’Œil ontbreekt. Ze vullen elkaar mooi aan!
Wanneer is ’ie het lekkerst?
Een zacht geurige wijn, met veel rijkdom. Mollig en zacht fruit, honingmeloen, rijpe appel, zoete lychee, gebalanceerd door stekelige grapefruitbittertjes. Hij is inmiddels vier jaar oud, dus wat afgerond. Zachte zuren, die nog genoeg tegenwicht bieden, fijne kruidigheid, witte peper, wat gember en mandarijn. Ondanks de complexiteit toch verrassend doordrinkbaar, met een medium body, die wel wat aankan.
Wij hadden hem bij klassieke Spaanse glasgarnaaltjes: even kort door de bloem en dan nog korter frituren. Aioli erbij, peterselie erover en wat citroensap. Genieten! Doet het ook goed bij een stukje zalmfilet, gestoofde prei, afgemaakt met wat groene kruiden en zure room. Gevogelte, schaal- en schelpdieren, allemaal prima. Als je het maar puur houdt en niet te zwaar maakt.
Schenk deze wijn zeker niet te warm, dan wordt hij wat log en verliest verfijning. Geef de wijn even de ruimte na het openen van de fles: schenk hem over in een karaf en terug in de fles. Gebruik slanke glazen, tussen de 9 en 11 graden. Ook een fijne wijn om gewoon zo van te genieten.