Over de wijn

Drussé wordt gerund door het koppel Nathalie en David. Zij hebben het wijndomein overgenomen van Nathalie’s vader begin 2000. In totaal hebben zij 22 hectaren aan wijngaarden, verspreid over de appelaties Bourgueil, Saint Nicolas de Bourgueil en Touraine. Met hun verschillende cuvées laten ze de verschillende terroirs zien van deze gebieden. Deze komt uit Saint-Nicolas-de-Bourgueil, wat iets minder bekend is dan de appelatie Bourgueil. Het verschil zit hem voornamelijk in de hoogte en de bodem. Saint-Nicolas-de-Bourgueil ligt hoger en heeft een wat armere bodem dan Bourgueil. Dit levert over het algemeen meer verfijnde, subtiele wijnen op.

Nathalie en David werken al 15 jaar volledig biologisch, om zo gezond mogelijke druiven te produceren in de wijngaard. De gemiddelde leeftijd van de wijnstokken is 45 jaar. Hun stijl kenmerkt zich door het fruit-gedreven karakter, milde tannine en veel frisheid. Hiervoor hebben ze, naar eigen zeggen, vooral heel veel geduld nodig. Ze maken alleen gebruik gemaakt van roestvrijstaal en cement. Houten vaten zie je niet op het domein van Drussé. En dat is best opvallend, want er zijn in Frankrijk niet veel wijnboeren, die het hout links laten liggen. Het draagt wel bij aan die fijne eigen stijl, die je snel herkent. Slank en precies. Deze modernere stijl wint momenteel aan populariteit en past binnen ontwikkelingen binnen de Loire vallei.

Het wordt daar, zoals op meer plekken in Europa, de laatste twee decennia gemiddeld warmer. Dat is lastig voor de meeste witte druivenrassen binnen de Loire en gaat ten koste van de typische stijl die die wijnen zo herkenbaar maakt: strak, slank, fris, expressief en verfijnd. Voor de Cabernet Franc is het een zegen. 30 jaar geleden brak je je tanden op een gemiddelde Bourgueil of Chinon. Nu niet meer. Toen was meer nieuw hout gebruiken eerder regel dan uitzondering. Dan kon je de wijn nog een beetje afronden door de oxidatieve stijl van wijnmaken. Is nu, door de betere rijping van de druiven, niet meer nodig. Die Cabernet wordt prima rijp en zonder kunstgrepen levert hij steeds vaker zuivere terroirwijnen op. En nog één weetje dan: Cabernet Franc is de moeder (of vader) van zowel Merlot als Cabernet Sauvignon.

Wanneer is ‘ie het lekkerst?

Dit is eigenlijk een hele goede borrelwijn. Bij een uitgebreide plank met charcuterie, jonge, frisse kazen en wat olijven doet ‘ie het uitstekend. Maar gek genoeg ook bij vis. Dit is een rode wijn die zijn structuur meer aan zijn zuren ontleent dan aan stevige tannine, waardoor hij met wat frissere en subtielere smaken uit de voeten kan. Niet dat er geen tannine te bespeuren is, maar het is vooral lekker bessig zuur wat smoel geeft. Verder wat pruim, framboos, beetje natte kiezel (mineraal) en boerse aroma’s. Beetje alsof je de kinderboerderij oploopt. Gelukkig ook vooral bakken krokant fruit en lekker expressief geurend naar viooltjes. Licht terug koelen tot 14 graden en voor je het weet is de fles leeg.