Rood in rieslingland
Soms moet je iets kiezen wat niet altijd je eigen smaak is. Ik ben zot op zuren en wat minder op zwoele, zoetige aroma’s in wijn. Toch moet ik ook objectief wijnen beoordelen en dan kan ik niet anders dan concluderen dat dit een wijn is met een uitstekende lengte, balans en complexiteit. Ondanks het wat rijpere karakter van de wijn. En als je dan weet dat dit uit een van de koelere delen van Duitsland, de Mosel, komt, is dat rijpere randje helemaal bijzonder. In het Rieslingbolwerk wordt zo her en der best wat Spätburgunder gemaakt, maar het bereikt Nederland maar zelden. Rood maken in een wit bolwerk vraagt om lef. En lef hebben Julia Molitor-Justen en Daniel Molitor volop. Met dit project laten ze zien dat de Mosel meer is dan strak wit met zinderende zuren.
Rock ’n roll
Stairs ’n Roses is geboren uit het organisch samenvloeien van twee wijnfamilies. Julia Molitor-Justen komt van Meulenhof in Erden (familie Justen), een klassiek huis met diepe wortels in de streek. Daniel Molitor vertegenwoordigt Viermorgenhof in Kinheim, en combineert zijn praktijk met zijn wetenschappelijke achtergrond als gepromoveerd wijnbouwer. Samen vormen ze een duo dat stevig geworteld is in traditie, maar met een rock ’n roll-attitude de grenzen van de Mosel opzoekt. Om maar even de olifant in de kamer te benoemen: Molitor is een grote naam in de regio en wordt vaak gelinkt aan de beroemde Markus Molitor, maar een directe familieband tussen Daniel en Markus is nooit bevestigd. Misschien maar goed ook, anders leg je de lat voor jezelf misschien direct te hoog. Nu blijft Stairs ’n Roses iets op zichzelf staands. Lekker eigenwijs, speels en rebels.
Lieblich
Dit project is heel organisch ontstaan en er wordt naar hartelust geëxperimenteerd met hybride druiven, snoeimethodes en wijngaardbeheer. Altijd vanuit biologische principes, met respect voor natuur en de bestaande microklimaten. Ze maken spannende, soms experimentele wijnen buiten de mainstream. De stijl is overwegend ‘lieblich’, zoals de Duitsers dat zo mooi omschrijven. Wijnen met veel Früchtigkeit dus. Nooit zwaar, maar verkwikkend, met een speels (rest)zoetje, gedragen door fijne zuren.
Wanneer is ’ie het lekkerst?
De wijn rijpte twaalf maanden in kleine Franse barriques, waarvan vijf procent op nieuw hout. Dat geeft net die extra laag kruidigheid en structuur, zonder dat het fruit verdwijnt. In het glas proef je sappige kersen, frambozen- en aardbeienjam, speelse kaneel. Licht rokerig, een beetje als een dovend haardvuur, met ook wat dennenappel. Geen zware wijn, het blijft in balans. Wel veel rijpheid en bakken fruit. Rond en verleidelijk, met net voldoende zuren om alles helder te houden.
Dit kost normaal gesproken net wat te veel, maar dit was een fijne restpartij, dus kan ik hem jullie laten proeven. De wijn is nu heel fijn op dronk. Mooi afgerond, geen rafelige randjes meer, dus extra genieten. Dit wil je wel iets terugkoelen, dus serveer rond de 14–15 graden, in ruime Bourgogneglazen. Ik raad aan de wijn een half uurtje voor je hem gaat proeven even te karafferen. Hij is wat moe van de fles, heb ik de laatste keer gemerkt, en de extra zuurstof doet hem bijzonder goed. We gaan weer naar wat meer winterse gerechten toe, dus paddenstoelen komen meer en meer in het seizoen. Risotto is een uitstekende keuze, met seizoenspaddenstoelen, Parmezaan en salie. Een keer de totaal andere kant op? Verrassend genoeg bij gegrilde zalm met rode bessensaus en wat gegrilde groenten. Maar ook bij eend met kastanjes en gepofte tomaten. En dit is ook top als mooie aperitiefwijn als je even geen zin hebt in wit. Of als je een lekkere sappige hamburger eet met friet…