Txakoli van het vat
De witte variant van Txakoli is al zeldzaam, laat staan de rode. Het wordt bijzonder lokaal geproduceerd, vaak gewoon van het vat getapt in kleine cafés en pintxos-bars. De klassieke witte variant wordt gemaakt van de druif Hondarrabi Zuri, die zorgt voor knisperende zuren, een hele lichte body en een ziltig karakter. Vaak zit er ook een klein bubbeltje in. En die schenken ze in Baskenland graag van hoog boven het glas in, zodat de wijn even opschuimt en die lichte sprankel extra tot leven komt. Komt volgende zomer zeker een keer langs.
Rebels rood
Toch bestaan er ook rode varianten, maar dat is echt zeldzaam: slechts een fractie van de totale productie is rood of rosé, de rest blijft wit. In Nederland is het lastig te krijgen en daarom vind ik het een sport om een goede met jullie te delen. Deze wordt gemaakt van de druif Hondarrabi Beltza, afkomstig uit D.O. Bizkaia. Ilun betekent in het Baskisch “donker” of “nacht”, passend bij deze minder bekende kant van txakoli. Saillant detail: vroeger, in de tijd dat txakoli vooral lokaal en huiselijk werd gemaakt, kwamen er vaker lichte rode varianten voor. Dat rode txakoli nu weer in opkomst is, voelt dus bijna als een terugkeer naar oude tradities. Of misschien wel als een signaal dat er tegenwoordig te veel witte txakoli te massaal wordt geproduceerd.
Heerlijk groen
We zitten in D.O. Bizkaia in het Baskenland, een gebied met ruige kustlijnen, groene bergen en een constante dans tussen zee en hoogte. En, je gelooft het niet, er valt bijna twee keer zoveel regen als in Nederland. De Baskische eetcultuur draait om pintxos, gezelligheid en vooral om wijnen die naadloos aansluiten bij die levendige keuken. In veel restaurants krijg je dan ook geen klassiek Frans, Spaans of Italiaans, maar lokaal gemaakte wijn, waar txakoli de onbetwiste koploper is. Ga ergens aan de bar hangen en je hebt voor een paar tientjes een hele avond topwijnen in je glas.
De wijngaarden liggen op kalkrijke bodems met een mix van krijt en mergel, op zuidelijke hellingen zodat de druiven voldoende warmte krijgen in een klimaat dat verder vaak koel en nat is. De wijn rijpt deels sur lie, wat extra textuur en complexiteit toevoegt.
Wanneer is ’ie het lekkerst?
Hier niets logs of zoets aan. Een prachtig spel van zuren en bitters. Niet te drogend in de tannines, maar zeker aanwezig. Sappig en open, geurig naar rijpe braam, gulle pruim en donkere kruiderij, met een toefje munt. Zwarte olijven geven umami, met een vleug zoute drop in de afdronk. Ondanks het speelse voorkomen ook zeker een wijn met lengte en goede structuur.
Dit is geen wijn om nog jaren weg te leggen. Nu drinken, of in ieder geval binnen een jaar, anders is het echt niet meer zoals hij bedoeld is. Serveer op 15 tot 16 graden in een middelgroot glas, zodat het fruit en de fijne tannines zich kunnen tonen. Perfect bij pintxos met bloedworst of gegrilde secreto ibérico. Goed gekoeld bij een kruidige paella, of gewoon bij een plank chorizo en manchego. Ook verrassend goed naast een burger met paprika of geroosterde groenten.