Je hebt van die druiven die altijd de spotlight stelen en ook druiven die, al dan niet vrijwillig, genoegen nemen met een plaatsje in de coulissen. Tweede viool dus. Weissburgunder, of zoals de Fransen zeggen: pinot blanc, is er eentje uit de laatste categorie. Hij staat rijkelijk aangeplant in de Elzas en ook in Duitsland (Pfalz, Baden, Rheinhessen), maar op wat uitzonderingen na is het geen druivenras waar de gemiddelde wijnmaker zijn hoogste cuvées van vervaardigt. Ze noemen hem ook wel “het kleine broertje van de chardonnay”, maar dan minder rijk, minder uitgesproken en met minder zuren.
Maar zoals dat met zoveel druivenrassen gaat, is het vooral van belang hoeveel liefde je hem geeft. Neem die chardonnay even voor het gemak. Die is het lievelingetje, dus krijgt vaak de mooiste plekjes in de wijngaard, een sjaaltje om als het koud is, een zonnebril op bij felle zon en de meest verse houten vaten om zich in te ontwikkelen. Die weissburgunder zou ook graag op die lekkere plekjes groeien, maar staat in de praktijk toch vaak wat meer achteraf, omdat ‘ie toch maar “fruitige, zachte en wat neutrale wijnen oplevert”. Daar lijkt het laatste decennium verandering in te komen!
In Duitsland, maar vooral in Oostenrijk, groeit de populariteit. Het Oostenrijkse klimaat is uitermate geschikt, want die weissburgunder heeft koele nachten nodig en overdag gematigde warmte. Hij verliest snel zijn zuren, vandaar. Hier wordt steeds vaker een uitstekende balans gevonden tussen rijpheid en een fijne frisheid. Voor de consument is het veelzijdige karakter van weissburgunder ook aantrekkelijk. Hij levert zowel rijke, complexe wijnen op als lichtere, fruitige stijlen, wat steeds meer wijnliefhebbers aanspreekt.
De regio Wagram onderscheidt zich door zijn unieke lössbodems, die de wijnen een verfijnde structuur en een subtiele mineraliteit meegeven. In vergelijking met Kremstal en Wachau, waar steile terrassen en primaire rotsgronden domineren, biedt Wagram een zachter, golvend landschap. Dit maakt de regio bijzonder geschikt voor elegante witte wijnen met een verfijnd aroma en een zachte, rondere structuur.
Weingut Ecker, gevestigd in Kirchberg, is een gerenommeerd familiebedrijf dat al generaties lang hoogwaardige wijnen produceert. Ze krijgen 4 van de 5 sterren in Falstaff, dé Duitse wijngids. Kortom, alles van Ecker is lekker, om met de importeur te spreken! Ze werken biologisch en oogsten de druiven met de hand.
Wanneer is ‘ie het lekkerst?
Soort mini-chardonnay dus. En wat voor eentje! Schurkt tegen iets boterigs aan, maar het is bijzonder subtiel. Wel net na opening wat petillant, dus wat kleine koolzuurbelletjes. Bij slok drie ben je ze kwijt. In de neus verder veel spanning. Fruit (rijpe appel, een soort suikerspin en perzik), maar ook kalk en iets lactisch. Dat laatste komt door rijping op hele oude eikenhouten fouders. Dat zorgt dan niet voor de “houtsmaak” (vanille, karamel, kokos, noten, toast), maar wel dat er in het vat micro-oxidatie plaatsvindt. En dát zorgt er dan voor dat ruwe zuren ineens wat zachter overkomen. Daarnaast verrijkt het het aromaprofiel en zal de wijn, zeker met wat leeftijd, ook wat rijpere aroma’s ontwikkelen.
Complete wijn, goede zuren, minerale afdronk, met veel vulling. Bescheiden in de alcohol voor een “rondere” stijl wijn, waardoor je zou zeggen: zet die tweede fles maar klaar. Subtiel, niet bombastisch, maar met de juiste aandacht heel erg de moeite waard. Rond de 11-12 graden schenken in ruime glazen. Eten erbij? Ja, kan, hoeft niet. Maar als je ervoor gaat, zou ik voor wat spanning gaan. Gek genoeg denk ik dat dit heel lekker is bij een stamppotje met rucola en uitgebakken pancetta. Maar doe vooral eens met vlees. Gevogelte of kalf (wit vlees dus).